Hanny Alders

Furie strijdt tegen eeuwenoud onrecht

Interview met Hanny Alders, auteur van ' Non Nobis'

"Er is een grensgebied tussen wat we historisch weten en niet weten. In dat gebied speelt mijn boek. Dit is een debuut, een begin. Ik moet nog veel leren, ik moet verder en ik denk aan de woorden van Bernardus van Clairvaux, de heilige die de Tempeliers hun regels gaf: 'Je kunt niet stilstaan (...) je gaat omhoog, je gaat omlaag; als je probeert stil te staan is dat je ondergang.' Zijn woorden reiken over de eeuwen heen. Ze zijn van toepassing op ieder die in zijn werk en in zichzelf blijft streven naar beter. Hij sprak over het kloosterleven, over monniken, die een groot doel voor ogen hadden: ze wilden de hemel bereiken. Uw boekenplank is mij hoog genoeg."

Deze woorden van bescheidenheid sprak de Schoorlse schrijfster Hanny Alders (geb. 1946) bij de uitreiking van het eerste exemplaar van haar historische roman Non nobis, een literair debuut van 524 bladzijden over een duistere en tegelijk intrigerende periode van de Middeleeuwen. Veertien jaar werkte ze aan haar verhaal, waarin ze grote historische omwentelingen met menselijke tragiek combineert. Aanvankelijk deed ze dat zonder te denken aan uitgave, maar uitsluitend als een emotionele uiting. Totdat Kees de Bakker van uitgeverij Conserve het manuscript toevallig in handen kreeg, het las en niet twijfelde aan publikatie. Zijn voorgevoel bedroog hem niet. Laaiend van enthousiasme verliet hij de Frankfurter Buchmesse met acht opties van buitenlandse uitgevers op zak. Het Centraal Boekhuis vraagt om steeds meer exemplaren.

'Non nobis, non nobis, sed nomini tuo' da gloriam' (Niet ons, niet ons, Heer, maar U zij de glorie), zo luidde het devies van de Tempeliers, een geestelijke ridderorde die zich tijdens de kruistochten in het Heilig Land toelegde op bescherming van de pelgrims en bestrijding van de Mohammedanen. In West-Europa kregen zij na 1128 bekendheid door een propagandageschrift met orderegels, opgesteld door Bernard, de abt van het Cisterciënserklooster Clairvaux. Aan het begin van de veertiende eeuw komt de orde op zeer gespannen voet te staan met Filips IV 'de Schone' van Frankrijk, die hen van ketterij beschuldigt, of liever: laat beschuldigen. De laffe meeloper Paus Clemens V en de opportunistische Edward II van Engeland zien hun kans schoon de macht van de Tempelorde te breken.

Toen Hanny Alders een Engels boek las over het Engelse koningshuis, waren daarin zegge en schrijve zes bladzijden gewijd aan de processen tegen de Tempelorde. "Eigenlijk door dat fragment ben ik geboeid geraakt. Dat pakte me echt. Het was me een raadsel hoe zoiets mogelijk was en waarom niemand daar echt iets tegen heeft gedaan. Vanaf dat moment bleef die gedachte, die vraag leven. Toen ik op een gegeven moment op een vakantie in Londen was, ben ik op zoek gegaan naar de Temple Church. Die is er nog. Dat is een kerk uit de dertiende eeuw, met die graven en die hele entourage, dat is zoiets moois... In Londen begon toen al iets van een verhaal."

Ze bedacht een hoofdpersoon, de Tempelridder Richard de Bastaard, die als een rebelse vluchteling het verzet tegen Filips en zijn trawanten leidt. Tegelijkertijd loopt er in het verhaal de rode draad van het raadsel van Richards afkomst. Wiens kind is hij? De lezer krijgt steeds een kleine dosis informatie over de Bastaard. Onder andere daardoor is het een spannend boek.

Hoe heb je dat idee van een fictieve hoofdpersoon binnen historische gebeurtenissen uitgewerkt?

"lk ben heel erg op mijn intuïtie afgegaan, omdat ik natuurlijk niets geleerd had van methodiek of van wat dan ook. Ik heb wel veel historische romans gelezen, voornamelijk Engelse, daar leer je wel van. Vooral qua stijl. Ik had dus een grof plan. Dan ga je schrijven en door de mensen die je creëert, door hun karakters en hun omstandigheden, vormt zo'n verhaal zich eigenlijk vanzelf. Het één is de consequentie van het ander. Op een gegeven moment merkte ik dat ik behoefte kreeg aan een duidelijk chronologisch overzicht. Dus ik heb een uitgebreid schema van vijf jaar gemaakt, met alle gebeurtenissen en data daarin. Daar voegde ik de fictieve elementen in, zo dat iedereen op het juiste moment op de juiste plaats was. Doe je dat niet, dan ga je onherroepelijk de fout in."

Ik dacht een soort systeem gevonden te hebben wat de volgorde van de ontmoetingen betreft.

"Dat is dan onbewust gebeurd. Niet gepland. Ik heb een paar dagen geleden het naschrift bij De Naam van de Roos van Umberto Eco gelezen en toen heb ik ontdekt dat ik heel veel dingen intuïtief heb gedaan die Eco wetenschappelijk analyseert. Dat te ontdekken vond ik heel grappig. Dan praat je toch over zoiets als aanleg. .. dat je dat in je hebt, dat je het vanzelf aanvoelt. Maar dat ligt waarschijnlijk aan mijn natuur. Ik denk dat ik veel meer op mijn gevoel afga dan hij. Eco beredeneert wat hij componeert. Ik ben wat dat betreft veel meer een gevoelsmens."

Hanny Alders heeft zich voor en tijdens het componeren van haar roman terdege verdiept in haar onderwerp. Ze maakte reizen naar Frankrijk en Engeland, naar steden, burchten en gevangenissen die een rol hebben gespeeld bij de ondergang van de Tempelorde.

"Er is nog een plaquette op de Pont Neuf in Parijs, op de plek waar Jacques de Molay, Grootmeester van de Tempeliers, in 1314 is verbrand."

Buiten de enkele historische werken over de orde raadpleegde zij onder andere processtukken over de martelmethoden van de Inquisitie. De rest werd aangevuld met andere bronnen, bij voorbeeld over gevechtstechnieken, valkenjacht en toernooien. Zoals zij zegt: "Er zijn eigenlijk zoveel details nodig, dat je van hier en daar bij elkaar moet grabbelen om het verhaal op die punten historisch verantwoord te maken."

Wat is jouw mening over de ketterij waarvan de Tempeliers werden beschuldigd? De historici, dat schrijf je ook, hebben geen vorm van ketterij kunnen ontdekken.

"Mijn persoonlijke mening is dat die er niet geweest is. De belangrijkste reden van Filips IV om de orde aan te pakken was diens hebzucht, plus het feit dat hij zich bedreigd voelde door hun macht. Die macht bezaten ze ook wel. Ze bekleedden vooraanstaande posities, bij voorbeeld als adviseurs op financieel gebied, dus als er leningen verstrekt moesten worden. En Filips had grote schulden bij de Tempel. Vanuit dat gezichtspunt hadden zij grote macht. Historici vermoeden - maar dat staat natuurlijk nergens in oude documenten - dat zij met die machtspositie de wereld wilden verbeteren, dat ze een soort wereldvrede hebben willen stichten."

Die afhankelijkheid van paus Clemens Vtot Filips IV stip je wel even aan en je verklaart daarmee het slappe optreden van de paus. Ook dat is historisch juist?

"Jazeker, dat is historisch verantwoord. Clemens heeft zich in dat baantje gekocht. Hij was zeer beducht voor Filips, hij wist wat die allemaal voor macht had. Clemens was als paus volkomen een marionet..."

Richard de Bastaard groeit op in de Engelse Tempel. Op 23-jarige leeftijd stuurt zijn leermeester Thomas of Lincoln hem de wereld in. Richard vertrekt naar Frankrijk, waar hij voor het eerst van de vervolgingen hoort. Daar en in Engeland leidt hij het verzet, steunt gevangen Tempelridders, bevrijdt een deel van hen, pleit bij hoog en laag voor het behoud van de orde, intrigeert aan het Engelse en Franse hof, wordt zelf gevangen genomen en gemarteld, totdat Beatrice, de dochter van een Engelse edelman, hem bevrijdt. Hij wordt redeloos verliefd op haar, waardoor hij in conflict komt met de hoge eed van de Tempelorde. De macht van de wereldlijke en geestelijke heersers is sterker dan die van de lamgeslagen orde en aan het slot is de opofferingsgezinde Richard een gebroken scepticus: "Hij was een te edel man, iemand met een leeuwehart, maar niet met de klauwen die erbij horen."

Je sympathie gaat duidelijk uit naar de Tempelorde. Kun je dat verklaren?

"Ja, sympathie voor de underdog, zegt men dan. Dat is misschien wel een beetje een vrouwelijke inslag, de partij van de zwakste kiezen. Dat zie je vaak in de geschiedenis: koninginnen kiezen de kant van de zwakken. In dit geval komt dat doordat ik het onrecht niet kan verdragen. lemand of iets beschuldigen terwijl die onschuldig is en hem dan bovendien in zo'n positie manoeuvreren waar hij volslagen machteloos is om iets terug te doen. Die dingen gebeuren op grote en op kleine schaal, maar in wezen is het in beide gevallen even erg. Daar kan ik niet tegen! Toen ik dat verhaal over de Tempelorde las, die zes bladzijden, toen dacht ik: waarom is er niemand geweest die daar iets tegen deed?

"Vandaar misschien dat ik in deze roman dat verzet op touw heb gezet. Terwijl ik een heel zachtmoedig iemand ben die niet gauw ruzie maakt, kan ik als een furie opstuiven als ik onrecht zie. Dat heb ik in dit boek dan ook gedaan."

Hoeveel Hanny zit in Richard?

"Het is duidelijk dat er veel van mezelf in het boek zit, de ene keer wat meer verstopt dan een andere keer. Vooral wat hij denkt over geloof, kerk, trouw, opoffering en zo, daar zit heel veel van mijzelf bij. Hoewel ik niet katholiek ben, kan ik hem tot op zekere hoogte volgen. Aan de andere kant is hij sterk geïndoctrineerd door die orde, want hij is er van kindsaf aan in opgegroeid. Dat moet je er wel bij bedenken. Die indoctrinatie heeft z'n goeie, maar ook z'n kwade kanten. Het goede bij voorbeeld zijn de idealen die de Tempelridders voorstonden, het kwade is dat het eigen initiatief volledig afwezig is.

"Richard trekt zich aan het slot van het boek terug uit de verloren strijd. Vlak daarvoor heeft hij een laatste gesprek met zijn leermeester Thomas of Lincoln waarin hij zegt dat hij is gaan twijfelen. Ook op andere plaatsen in het boek komt die twijfel aan de bedoeling van God, of de steun van God, heel sterk naar voren."

Als je dit in samenhang ziet met de daden van paus Clemens V en de helse Inquisitie, spreekt daaruit dan kritiek op de roomskatholieke kerk en het geloof?

"Het is kritiek op het systeem, op de kerk als instituut. Zeer zeker. Ik ben niet kerkelijk opgevoed, maar ik heb natuurlijk wel veel over deze zaken nagedacht. Ik vind het geloof als verschijnsel bijzonder boeiend, maar ik kan mezelf niet in een bepaald hokje plaatsen. Het instituut kerk staat me tegen. De rituelen om het geloof heen hebben vaak niets met het geloof te maken. En zich erop laten voorstaan gelovig te zijn omdat men zich aan die rituelen houdt... maar in z'n werkelijke levenswandel gedraagt men zich dan niet als christen... dat zijn dingen die kunnen voor mij niet samengaan. Dat klopte toen niet en dat klopt tegenwoordig nog niet. Wat dat betreft is er tussen toen en nu weinig veranderd."

In 1314 schorste paus Clemens V de Tempelorde voor een periode van tweehonderd jaar. Wat is er overgebleven, behalve wat ruïnes en een plaquette?

"De groep die zich als eerste de opvolgers van de Tempelridders noemde, waren de Vrijmetselaars. Formeel is dat onjuist, want na de schorsing is de orde nooit meer heropgericht. Na die tweehonderd jaar was de tijd al zo gigantisch veranderd dat er voor een orde als die der Tempeliers helemaal geen plaats meer was. De orde heeft zich nog wel enige tijd voortgezet in Portugal, maar heeft daar een heel andere wending genomen.

"Op het ogenblik bestaat er zoiets als de Orde van Jacques de Molay, die zelfs afdelingen heeft in Amerika. Die orde is genoemd naar de Grootmeester der Tempeliers in de tijd van Richard de Bastaard. Vraag me niet welke idealen die groep voorstaat, want dat is mij niet helemaal duidelijk. Wat ik wel weet is dat er op het ogenblik in Frankrijk een groep actief is die zich Groupe de Molay noemt. Die groep heeft het gemunt op kerkgebouwen in het departement Seine- Saint-Dénis bij Parijs. De procedure is steeds dezelfde: een lid van de groep belt op dat er op het altaar of in het voorportaal van een kerk een springlading is gelegd. Even later volgt dan een ontploffinkje. De schade is iedere keer te verwaarlozen. Het is dus een soort terroristisch groepje dat met die kleine speldeprikacties alsnog wraak wil nemen op het kerkelijk instituut dat verantwoordelijk was voor de dood van Jaques de Molay. Een wel zeer verlate reactie. Waren ze in de veertiende eeuw maar met dat verzet begonnen..."

DICK DE SCALLY

Dit interview verscheen op 18 november 1987 in de Boeken-rubriek van Het Parool. 

Uitgeverij Conserve


Sinds 1 januari 2019 is een gedeelte van het fonds onderdeel van Singel Uitgeverijen, Weteringschans 259, 1017 XJ Amsterdam.

Kantooradres:
Tureluur 12, 1873 JW Groet (gem. Bergen)
telefoon: 072 - 509 3693
info@conserve.nl

KvK: 37051556

ABN AMRO
IBAN NL54 ABNA 0438 7594 94

Algemene Voorwaarden

Distributie:


Regiotitels: Conserve en Goud van Oud bij Depot Compact Centraal Boekhuis en bij www.conserve.nl

Uitgevers Conserve:
Ingrid en Kees de Bakker

Vermelde boekprijzen zijn inclusief BTW, exclusief verzendkosten - Bij bestellingen boven € 19,99 is de verzending gratis, behalve voor zendingen naar het buitenland.
Prijswijzigingen en tikfouten voorbehouden - © 2024 - Uitgeverij Conserve - Website door Netweters