Madame le Commissaire en de panische diva - deel 8 - Pierre Martin
Divagedrag en cosycrime
Frankrijk zoals het al jaren niet meer is
De verhalen van ‘Madame le Commissaire’ waarvan er inmiddels acht verschenen zijn, spelen zich af in een Frankrijk uit de toeristenfolders. Zon, zee, oogverblindende landschappen. En in dat o zo aantrekkelijke land speelt zich elke keer een moordzaak af die Isabelle Bonnet, de Madame le Commissaire uit de titel, dan even vlotjes oplost. In het achtste deel, Madame le Commissaire en de panische diva, doet ze dat wederom met veel flair. En weinig realiteitsgehalte, maar wie neemt het haar kwalijk? Cosy crime, of wel gezellige misdaad, lees je juist om uit de realiteit van alledag weg te vluchten.
Over de auteur
Over het algemeen blijft niet lang geheim wie er schuilgaat achter een schrijverspseudoniem. Maar wie Pierre Martin in werkelijkheid is, is al jaren een goed bewaard geheim. Geen Fransman in elk geval, hoewel zijn boeken zich steevast afspelen in de Provence in Frankrijk. Volgens de uitgever is het een bekende Duitse thrillerschrijver die met deze luchtige thrillers eens iets anders doet dan normaal. Maar in de bijna tien jaar dat het pseudoniem bestaat, heeft buiten zijn uitgever nog niemand weten te achterhalen wie er achter de naam schuilgaat.
Geheime dienst
Isabelle Bonnet werkt jarenlang als leider van een uiterst geheime sectie van de geheime dienst in Parijs. Maar enkele jaren geleden leverde een gebeurtenis waarbij diverse van haar collega’s omkwamen en anderen voor het leven gehandicapt raakten haar een diep trauma op. Uit waardering voor alles wat zij voor de dienst gedaan had, bezorgde haar baas, Maurice Balancourt, haar toen een erebaantje: het commissariaat van de nationale politie in het piepkleine dorpje Fragolin in het achterland van de Provence, tevens Bonnets geboortedorp. Heel veel heeft zij daar niet te doen, want er bestaat al een regionaal commissariaat in het niet al te veraf gelegen Toulon. Alleen speciale zaken neemt Bonnet aan en de tijd daartussenin luiert zij op het strand, vaart, vist en drinkt wijn op het terrasje van de plaatselijke kroeg. Slechts één ondergeschikte heeft ze, de lange, slungelige Apollinaire, die bij alles wat hij doet wel een citaat van Confucius weet en zich tijdens het werk regelmatig verliest in allerlei zijpaden.
Nare stalker
Dit keer komt de opdracht voor een nieuwe klus niet van Balancourt. Het is de plaatselijke pianolerares Juliette die Isabelle inschakelt. Haar zus heeft sinds een paar dagen last van een nare stalker, kan Isabelle daar niet iets aan doen? Isabelle is dubbel verbaasd. In de eerste plaats omdat een stalker haar nou niet direct iets voor de Nationale Politie lijkt. Maar ook en vooral omdat zij helemaal niet wist dat Juliette een zus heeft. Dan komt de aap uit de mouw: haar zus Colette heeft het dorp al vele jaren geleden verlaten en is onder haar artiestennaam Colette Gaspard uitgegroeid tot een internationaal vermaarde filmster en zangeres. Begin vijftig, maar dankzij botox en plastische chirurgie nog even mooi als vroeger. In haar eigen dorp is ze al jaren niet meer geweest, maar ze heeft een vakantiehuis in het nabijgelegen Ramatuelle, een mondaine badplaats voor de happy few.
Anonieme briefjes
Uit verveling besluit Isabelle de opdracht toch maar aan te nemen en het wordt haar al gauw duidelijk dat deze stalker het niet alleen maar goed voor heeft met de diva. Wat begon met anonieme briefjes vol bewondering, maar ook bedreigingen, is inmiddels ontaard in een huis dat ’s ochtends bij het opstaan volgeplakt blijkt met talloze post-it briefjes met dreigementen in alle kamers. De camera’s en bewegingsmelders die Isabelle met hulp van manusje van alles Jules overal in huis en tuin laat installeren blijken van weinig nut: eerst wordt ’s ochtends vroeg een opblaas-sexpop in het zwembad aangetroffen, daarna volgen een rouwkaart en een rouwkrans die explodeert. Colette Gaspard wordt dan ook steeds hysterischer.
Als de diva naar Parijs vertrekt om daar een concert te gaan geven, besluit Isabelle daarom met haar mee te gaan en haar daar ook te beschermen. Eenmaal daar lopen de zaken steeds verder uit de hand. Natuurlijk ziet mevrouw de commissaris kans om, door louter slim denkwerk, de dader te achterhalen, maar zelfs dan blijkt het gevaar nog niet geweken.
Pierre Martin houdt het verhaal vooral luchtig. Nergens wordt het echt dramatisch of heftig en de enkele momenten dat er wel iets gebeurt dat je als akelig kan beschouwen, walst hij daar snel en haast onopgemerkt overheen.
Magische klank
Veel meer gaat zijn aandacht uit naar het beschrijven van de entourage. Hij doet zijn uiterste best om de sfeer van La Douce France op te roepen, met heel veel champagne en wijn, onophoudelijke luchtkusjes en Parijse élégance. Maar dan wel van een France uit de jaren zestig of daaromtrent. Ook al is het in zijn boek 2020, toch zingen zijn personages liedjes als ‘Paris ’s éveille’ (1968), heeft de diva slippertjes gemaakt met sterren als Alain Delon, Jean-Paul Belmondo en Johnny Halliday, allen, voor zover ze toen nog leefden, dikke tachtigers rond 2020. Het geeft het boek iets van vergane glorie.
Vermoedelijk is de schrijver Pierre Martin zelf de jongste niet meer en herinnert hij zich met nostalgie de tijd dat Frankrijk nog een magische klank had. Neemt niet weg dat Madame de Commissaire en de panische diva best vermakelijk is. Niet meer, maar ook zeker niet minder.
Sonja de Jong
Pierre Martin – Madame le Commissaire en de panische diva – deel 8. Oorspronkelijk in 2021 gepubliceerd onder de naam Madame le Commissaire und die panische Diva bij Knaur Verlag. Uit het Duits vertaald door Ans van der Graaff en Pauline Akkerhuis. Luitingh-Sijthoff, €12,99 (alleen als e-book en als luisterboek verkrijgbaar), ISBN 978 90 210 5191 5, 368 pagina’s, € 12,99, december 2024