Boedel - Gerbrand Bakker
Je ouderlijk huis leegruimen
Nuchter, humoristisch en heel herkenbaar relaas
Ik heb het ezeltje van oma. Met die zin begint Gerbrand Bakker zijn verhaal over het samen met zijn vier broers en enige zus (consequent aangeduid als oudste broer, jongste broer, buurbroer en Duitse broer. En gewoon zus) leegruimen van het huis waar zij opgroeiden en waarin hun moeder de laatste drie jaar van haar leven in haar eentje woonde. Eind 2024 overleed zij, ruim drie jaar na de dood van Bakkers vader. Het leegruimen van het huis brengt Bakker gevoelens van nostalgie en tal van herinneringen overgoten met een vleugje zelfspot.
Over de auteur
Gerbrand Bakker (Wieringerwaard, 1962) is hovenier en schrijver. Hij brak door in 2006 met zijn debuutroman Boven is het stil die ook verfilmd is en tot theaterstuk verwerkt. Dit boek werd in ruim dertig talen vertaald en ondermeer bekroond met de Internationale IMPAC Dublin Literary Award. Ook zijn romans Perenbloemen bloeien wit, Juni en De omweg verschenen in tal van landen. Naast romans schreef Bakker ook diverse delen in de serie Privé Domein en een Etymologisch woordenboek voor kinderen.
Een vorm van thuis
Dat ezeltje waar hij mee begint. Het roept bij mij meteen een beeld op van het ezeltje dat bij mijn ouders in de vensterbank stond. Een heel ander ezeltje, blijkt uit een fotootje verderop, maar toch, het gevoel is waarschijnlijk grotendeels hetzelfde. Mooi is het niet, integendeel zelfs. Maar het is een vorm van thuis.
Het maakt bij Bakker, net als al die andere spullen, een golf van herinneringen los. Op de van hem zo bekende nuchtere toon, zonder mooischrijverij of heftig sentiment, eerder beschouwend, maar toch liefdevol en bovendien ook zo nu en dan heel erg grappig. Hij schrijft over het kamertje waar het ezeltje stond: ‘In dat slaapkamertje wil je trouwens nu niet meer zijn. Er is in geen jaren stof gezogen of afgenomen. Dode, droge vliegen in de vensterbank, spinrag in de hoeken, een knisperend gordijntje. […] En het bed van de ouders van mijn moeder. Zo’n meubelstuk dat een verdeelronde eerder hier is terecht gekomen. Het zal niet nog een verdeelronde overleven.’
Geen ruzie
Gezamenlijk gaan de broers en zus aan de gang. In goed overleg, want moeder zei altijd: ‘Wie ruzie maakt, krijgt niks.’ En dus proberen ze iedereen te geven wat hem toekomt, loten erom als een voorwerp door meerdere kinderen geclaimd wordt. En doen geld in een pot als het om dure dingen gaat, een pot die later onderling verdeeld zal worden. Veel dure dingen lijken er trouwens niet te zijn. Een taxatierapport uit 1996 schatte veel zaken nog kostbaar in, de huidige prijs blijkt vrijwel steeds slechts een schijntje daarvan te zijn. Mogelijk stelde vader Bakker het rapport zelf op en was hij als fanatieke kijker naar tussen Kunst en Kitsch een beetje te optimistisch.
Wardenaar
Maar mooie dingen zijn er desondanks wel. Een paar beelden van de Noordhollandse kunstenaar Siem Wardenaar (zelf in september van dit jaar overleden), een paar mooie schilderijen, wat antieke voorwerpen. Sommige dingen licht Bakker eruit, met een fotootje en een korte beschrijving, plus de herinnering die hij eraan heeft. ‘Eenzelfde ezeltje werd op 9 april 2013 in veiling gebracht bij Botterweg Auctions Amsterdam. Geschatte waarde: €100-€140. Afgehamerd op €35.’
Er duikt een uierpriem op (blijkens de uitleg die Bakker geeft, bedoeld om een door ontsteking verstopte koeienuier weer vrij te maken). En een breischede, onbekend waar die precies voor bedoeld was.
Levende have
Er is ook levende have in de vorm van twee kippen. ‘Waarom heeft jongste broer die kippen nog niet mee naar huis genomen’, vraag ik aan Duitse broer. “Omdat buurbroer weer kippenvoer gekocht had.” Zo simpel is het.’
Wat verderop merkt Bakker op: ‘Ik merk dat ik het, tot mijn verbazing, heel moeilijk vind al die spullen uit elkaar te halen. Dat hoort niet, alles wat in een kast staat, hóórt in die kast. Zoals in het algemeen het leeghalen van zo’n huis ongepast voelt.’
Uiteindelijk is het huis klaar om verkocht te worden en wordt dus een kijkdag gepland. ‘En dan moeten we absoluut niet vergeten vader en moeder van de tafel te halen’, merkt Zus attent op. De twee stonden al die tijd in urnen naast elkaar op tafel.
Dooreten
En dan komt bij Bakker niet lang daarna, tijdens een etentje met vrienden, de vraag op: wat ga je zelf nou doen met al die spullen die je meegenomen hebt. ‘Naar je neefjes en nichtjes,’ zegt een van de vrienden. ‘Echt heerlijk, deze viscurry,’ zegt de ander. Want ja, zo gaat dat. Gewoon dooreten en doordrinken Dooreten en doordrinken tot je zelf aan de beurt bent. En ondertussen domweg een beetje je best doen.’
Boedel is een klein juweeltje dat je ondanks of misschien juist wel dankzij die nuchtere toon ontroert en raakt.
Sonja de Jong
Gerbrand Bakker – Boedel. Cossee, ISBN 978 94 645 2239 6, 140 pagina’s’, € 21,99, november 2025
