Commissaris Adamsberg 12 - Op het graf - Fred Vargas

Een hunebed als meditatieplek
Eigenzinnige Adamsberg lost al denkend de moorden op
Franser dan de boeken van Fred Vargas kun je ze waarschijnlijk niet krijgen. In haar boeken lunchen de politiemannen met – om maar een van de vele gerechten te noemen – ribstuk met broccoligratin en roquefortsaus, uiteraard vergezeld van enkele glazen goede rode wijn. Om aldus versterkt weer aan het werk te gaan en een meedogenloze moordenaar tot stoppen te dwingen. Echt Frans is ook de verering voor schrijvers van vroeger, in dit geval voor François-René de Chateaubriand (1768-1848), die bij de meeste Fransen heel vanzelfsprekend is.
Over de auteur
Fred Vargas (1957, pseudoniem van Frédérique Audoin-Rouzeau) is archeoloog en historicus. Zij begon met het schrijven van politieromans om zich te ontspannen na haar werk als geschiedkundige. Haar eerste boek publiceerde ze in 1991, daarna volgden nog meer dan twintig titels. Ze werd vooral bekend door haar boeken over commissaris Adamsberg.
Bretagne
Commissaris Adamsberg heeft in zijn standplaats Parijs even niet zoveel te doen, nadat hij achteloos een moord heeft opgelost waar eerder een compleet politieteam zich al vergeefs het hoofd over had gebroken. Hij vertrekt daarom naar Bretagne, naar zijn collega en vriend commissaris Matthieu in het piepkleine dorpje Louviec. Daar is de bevolking in rep en roer omdat al een paar keer in de late avonduren de voetstappen van De Manke gehoord zijn. Die manke is een edelman die eeuwen terug leefde en een houten been had. Als zijn voetstappen in het dorp weerklinken, is er een moord op komst, geloven de dorpsbewoners.
Bijgeloof
Het is niet de enige vorm van bijgeloof: velen zijn ervan overtuigd dat het geluk brengt als je een gebochelde op zijn bochel slaat, iets waar een van de inwoners tot zijn grote ergernis dan ook veelvuldig last van heeft. En dat jou ellende zal overkomen als er iemand op je schaduw trapt. Wat ertoe geleid heeft dat een groep burgers die die vrees niet hebben expres op de schaduw van de bijgelovigen springen. Kortom, er heerst heel wat onenigheid in het dorp.
Dan is er ook nog Josselin de Chateaubriand, een verre nazaat van de gelijknamige schrijver, die het ongeluk heeft sprekend op zijn voorouder te lijken. De gemeente huurt hem daarom in om uitgedost als zijn voorouder en met de titel Vicomte (graaf) door het dorp te paraderen en op de foto te gaan met toeristen. Iets wat hij met grote tegenzin doet, uitsluitend vanwege het karige salaris dat eraan verbonden is.
Jachtopziener
En natuurlijk, dan wordt er een moord gepleegd. De jachtopziener wordt, kort nadat hij de plaatselijke herberg verlaten heeft, op straat neergestoken met een bijzonder mes dat aan de Vicomte blijkt te behoren, het mes is achtergelaten in de wond. In de laatste seconden voor hij sterft, kan hij nog een paar halve woorden prevelen. ‘Vic’ en ‘uld’. Een duidelijke beschuldiging dus aan het adres van de nep-Vicomte. Of toch niet?
Adamsberg, een politieman van het oude stempel, die iets maar één keer gezien hoeft te hebben om het voor altijd diep in zijn geheugen op te slaan, kan er vooralsnog geen touw aan vastknopen. Hij trekt zich terug, liggend op de deksteen van een hunebed in de omgeving om diep na te denken, met het duidelijke gevoel dat hij de sleutel tot de moorden al in handen heeft. Maar de juiste herinnering wil niet boven komen drijven.
Tweede dode
Al snel valt er een tweede dode: zelfde moordwijze, zelfde soort mes. En dan nog een soortgelijke moord. Om een vierde moord te voorkomen, laat Adamsberg een enorme hoeveelheid politieagenten overkomen vanuit Parijs en grendelt het hele dorp af.
Maar dan neemt het verhaal een onverwachte wending. Want de vierde moord kunnen zij niet voorkomen, maar deze lijkt weliswaar sprekend op de eerdere drie, maar verschilt in een klein detail. Dat overtuigt Adamsberg en Matthieu ervan dat hier iemand anders, een copycat, achter zit. En zo komen zij op het spoor van een meedogenloze misdadiger die een hele bende achter zich heeft.
Narcolepsie
Tijdens de jacht op deze bende heeft Adamsberg een stel bijzondere ondergeschikten achter zich: een computerdeskundige annex hacker die aan narcolepsie (slaapziekte) lijdt, een stevig gebouwde vrouwelijke agente die harder kan rennen dan de snelste boef en die zelfs als zij geboeid is, nog altijd sterker en sneller is dan haar tegenstander. En dan is er ook nog Johan, de baas van de herberg die tussen alle achtervolgingen en moordpartijen door de agenten de meest verrukkelijke gerechten voorzet.
Hunebed
Pas als de hele bende achter slot en grendel zit, neemt Adamsberg de tijd om zich weer op de deksteen van het hunebed neer te vlijen en zijn gedachten de vrije loop te laten. Want de dader van de eerste drie moorden weet hij nog altijd niet. Uit de moerassige diepte van zijn onderbewuste komen herinneringen naar boven als luchtbelletjes: vic, uld, bochel, schaduw en …tadaa, hij weet wie de moordenaar is. Knap werk van Adamsberg. En fijn leesvoer voor al zijn bewonderaars in een mix van spanning, zelfspot en Vive la France.
Sonja de Jong
Fred Vargas – Op het graf. (Oorspronkelijk gepubliceerd in 2023 als Sur la dalle bij Editions Flammarion, Parijs.) Uit het Frans vertaald door Marijke Scholts. De Geus, ISBN 978 90 445 4989 8, 448 pagina’s, € 24,99, augustus 2025