Onder duizend vlaggen - Aukelien Weverling
Schitterend geschreven manifest tegen domheid
Het glijdend pad van radicalisering
Een vlammend manifest tegen domheid en tegen de weigering om na te denken. Zo zou je Onder duizend vlaggen, de nieuwe roman van Aukelien Weverling kunnen typeren. Fel haalt zij uit naar al die mensen die blind achter hun eigen belangen aanrennen. Messcherp en in een taal die fonkelt en verrast betoogt zij dat de wereld ten onder gaat aan onverschilligheid, domheid, oogkleppen. Helaas legt zij de schuld van die domheid wel volledig bij laagopgeleiden. Alsof het gif niet juist over het algemeen door hoger opgeleiden de wereld in gebracht wordt. En alsof er geen laagopgeleiden zijn die wel degelijk nadenken en hun best doen de aarde een beetje beter te maken. Jammer, die eenzijdige, volkomen ongenuanceerde kijk op afkomst en opleidingsniveau. Weverling schrijft (en overtuigt) vanuit oprechte woede, maar richt haar pijlen voor wat dit betreft verkeerd.
Over de auteur
Aukelien Weverling (1977) debuteerde in 2002 met de roman Liever gekust. Daarna volgden Politiek gevangene en de romans Het land (over vreemdelingenhaat) en In alle steden (een gitzwarte toekomstroman), die samen met het nu verschenen Onder duizend vlaggen als een trilogie rond de huidige stand van de maatschappij gezien kan worden. Het land werd genomineerd voor de E. du Perronprijs, In alle steden stond op de shortlist voor de Bookspot Literatuurprijs. Daarnaast werkt Weverling als recensent jeugdliteratuur voor NRC.
Beschermen
Het is 2014. Een jonge vrouw krijgt een baby en vanaf het moment dat hij op haar buik gelegd wordt, is zij vastbesloten hem met alles wat zij heeft te beschermen tegen al het kwaad van de wereld. Kort daarna stort vliegtuig MH17 neer boven Oekraïense grond, neergehaald door een Russische raket. In Parijs doden een jaar later terroristen honderden mensen in de Bataclan. ISIS vermoordt op gruwelijke wijze een Jordaanse piloot, elders leven mensen op een vuilnisbelt, kinderen worden verwaarloosd in weeshuizen, een zwarte man sterft met de knie van een witte politieman wurgend op zijn nek. En overal komt de natuur in opstand als gevolg van de klimaatcrisis. Steeds onmachtiger begint de moeder zich te voelen.
Hoogbegaafd
Ondertussen groeit haar zoontje op en blijkt een verdraaid slim ventje. Hoogbegaafd zelfs. Maar de eliteschool waar zijn ouders hem op hebben gedaan biedt geen extra leerstof voor hoogbegaafde kinderen en het kind wordt geplaagd door zijn leeftijdgenootjes. Na lang twijfelen kiezen de ouders voor een school waar wél een speciaal programma is voor kinderen als hun zoontje. Maar dit is een school in een achterstandswijk en het speciale programma voor hoogbegaafde kinderen komt al voor het goed en wel van start gegaan is in de verdrukking als corona uitbreekt en wordt stopgezet. Het kind mag alleen nog maar boekjes lezen met eenlettergrepige woordjes, terwijl het thuis Koning van Katoren en Ronja de Roversdochter verslindt. Gaandeweg begint de moeder in haar wanhoop en gevoelens van onmacht te radicaliseren.
Turks eiland
Vanaf de eerste zin van het boek voel je dat er iets helemaal mis is. De moeder verblijft op een Turks eiland, trekt vriendschappelijk op met de Turkse vrouwen daar, ziet kinderen spelen op het strand. Maar waar is haar eigen zoontje? Ze richt zich tot hem in haar verhaal, maar nergens zien we het kind zelf. Geleidelijk zien we een beeld ontstaan. Van een moeder die zich steeds meer zorgen is gaan maken over de toekomst van haar kind, die steeds meer het gevoel kreeg iets te moeten dóen.
Weverling weet de wurgende angst van de moeder, haar groeiende weerzin over de gebeurtenissen om haar heen te vangen in trefzekere taal. In kil-nuchtere bewoordingen beschrijft zij de rampen die zij ziet. Over het drama in de Bataclan zegt zij: ‘Het schieten duurt bijna vijftien minuten. In die tijd kun je met de trein van Amsterdam tot halverwege Utrecht komen. Je kunt een spaghetti carbonara maken en opdienen. En al die tijd wordt er geschoten.’
Onverschilligheid
Ze signaleert ten aanzien van de klimaatcrisis de onverschilligheid van leiders die ‘eerst willen uitvogelen of ze wel of niet geloven in wat ze dagelijks om zich een zien,’ terwijl bosbranden overal de natuur verwoesten, ‘ze ziet de starre houding van eigen gelijk in een bad van te veel macht.’
Maar als het over het onderwijs gaat, slaat Weverling opeens door en laat elke nuance varen. Ze schetst een karikatuur van leerkrachten die een kind voor de hele klas te kakken zetten als het meer kan en wil dan zijn klasgenootjes. Van vaders met gouden kettingen om en een kaalgeschoren hoofd die amper tot tien kunnen tellen. Van een school waar de Kinderboekenweek en de Voorleesdagen niet gevierd worden omdat dat voor de kinderen toch te moeilijk is. Ze schetst laagopgeleiden als ‘wilde honden met primitieve reactiepatronen. Het is toegeven aan de massa, het niet tegen de haren instrijken van een wilde hond.’
Doodzonde
En daar verliest Weverling mij, in dit eenzijdig de schuld bij de laagopgeleiden leggen. Ja, er lopen veel domme mensen rond op de wereld, die liever niet al te veel willen nadenken en liever hun onderbuik volgen. Maar dat zijn zeker niet alleen laagopgeleiden. Dit ongenuanceerd naar een opleidingsniveau wijzen, doet eerder kwaad dan goed en haalt de kwaliteit van Onder duizend vlaggen onderuit. Doodzonde, want Weverling kan nog altijd geweldig schrijven.
Sonja de Jong
Aukelien Weverling – Onder duizend vlaggen, Meulenhoff, €22,99, ISBN 978 90 290 9369 9, 222 pagina’s, € 22,99, september 2025
