Het aanwezige been (Verhalenbundel) - Arnon Grunberg

Mensen als hulpeloze stakkers
Grunberg fileert zijn personages haarscherp maar met mededogen
In elk van zijn verhalen lijkt Arnon Grunberg te willen zeggen: kijk nou toch, wat voor een merkwaardige wezens mensen zijn. Met ironische verwondering neemt hij ze onder de loep en ontleedt ze tot de kern van wat ze zijn: hulpeloze stakkers die het niet kwaad bedoelen, maar niet anders kunnen. Meedogenloos en tegelijk toch ook vol mededogen. Zijn toon is lakoniek, aan mooischrijverij en fraaie stijlfiguren doet hij niet, het is de inhoud die telt. En die inhoud is ook in de bundel Het aanwezige been weer volop de moeite waard.
Over de auteur
Arnon Grunberg (Amsterdam, 1971) is schrijver, essayist en columnist. Hij debuteerde in 1994 met de roman Blauwe maandagen. Sindsdien volgden tientallen andere titels. Zijn werk is vele malen bekroond, onder meer met de P.C. Hooftprijs, de Constantijn Huygensprijs en de Johannes Vermeerprijs. Zijn boeken zijn in dertig talen vertaald.
Ploeteren
Het aanwezige been omvat vierentwintig verhalen die Grunberg schreef tussen 2013 en 2025. Sommige stonden eerder in tijdschriften of verzamelboeken, andere verschenen niet eerder in druk. En vrijwel allemaal gaan ze over ploeterende mensen die het goed willen doen, maar door het leven pootje gehaakt worden. Neem nou de celliste uit het titelverhaal. Ze speelt slechts een bijrol in een verhaal dat vooral over een man gaat die eerst een weinig succesvol experimenteel kunstenaar was, toen – omdat er kinderen kwamen - verzekeringsagent is geworden en nu zijn uiterste best doet om de bruiloft van zijn oudste dochter tot een succes te maken. Honderden gasten zijn er en een orkestje. En op het laatste moment besluit hij zelfs om de geplande paddestoelenravioli om te ruilen voor de veel duurdere kreeftravioli. Later, veel later ontmoet hij bij toeval de celliste van het orkestje nog eens. Ze heeft inmiddels haar been verloren door een ongeval met een elektrische grasmaaier. ‘Soms laten mensen discreet weten dat ze op feestelijke gelegenheden toch liever niet een eenbenige celliste willen hebben.’ En die kreeftravioli, vond ze die lekker? ‘Ik heb hem niet geproefd, ik ben vegetariër.’
Robot
Of de vrouw die na de dood van haar echtgenoot van het bedrijf waar hij werkte een robot cadeau krijgt, die gaandeweg over wel héél menselijke eigenschappen blijkt te beschikken. Mijn persoonlijke favoriet is Handmatig dat zich afspeelt in een niet nader bepaalde toekomst (of een alternatief nu?): slachten is verboden en seks is niet langer in. Op boerderijen worden geselecteerde manmensen gehouden die zaad moeten leveren voor de voortplanting. ‘De rest van de manmensen was schuldig bevonden aan de slachtpartijen, niet alleen tegen dieren, maar ook tegen andere mensen – de Twintigste eeuw werd er graag bij gehaald – en was afgevoerd.’ Ook Barones van Babylon heeft zo’n boerderij. En zij melkt haar manmensen het liefst handmatig.
Grunberg doorspekt zijn verhalen met dat soort lakoniek-absurde observaties. Zoals de zin: ‘Ik ben geen ongelukkig mens, ik ben een wanhopig mens. Of: Als haar werk haar iets had geleerd dan was het wel dat je nooit moest rekenen op andermans morele instincten en eigenlijk ook niet op die van jezelf. En ergens constateert hij: Al het levende zit vol met mankementen. Liefde is van de mankementen leren houden.’ En dat is precies wat Grunberg doet in zijn werk.
Sonja de Jong
Arnon Grunberg – Het aanwezige been. Nijgh & Van Ditmar, ISBN 978 90 388 1030 0, 300 pagina’s, € 24,95, september 2025