Mannen - Annemarie Oster

Een leven vol tragedie en zelfspot, begonnen in pleeggezinnen
Drie echtgenoten en veel minnaars compenseren gemiste ouderlijke liefde
Tragikomedie en zelfspot. Annemarie Oster heeft er geen moeite mee. Ze neemt de lezer mee langs de mannen die ze had, veroverde en afstootte. Ik ontmoette haar diverse keren. In de jaren zeventig toen ze getrouwd was met mijn baas bij CBS Grammofoonplaten, John Vis. (En naar ik nu lees eerder trompettist en saxofonist). In 1980 toen ik haar interviewde voor het AD over haar eerste boek Een moeder van niks. Daarna zag ik haar in Westgaarde in Amsterdam, waar de uitvaart was van haar pleegzusje Heleen Hermans.
Pleeggezinnen
Annemarie is de dochter van het toneelspelersechtpaar Ank van der Moer en Guus Oster en werd op 17 november 1942 geboren in de Emmakliniek op Scheveningen. Omdat de beide acteurs continu onderweg waren naar de volgende voorstelling, werd Annemarie al jong ondergebracht in pleeggezinnen. Zo verhuisde ze in de hoogste klas van de lagere school van Leusden naar een gezin in Amersfoort. Ze kwam terecht bij de familie Hermans. Een weduwe, een werkende vrouw die hoofd was van de kinder- en zedenpolitie. Die zoveel mogelijk thuis was. Haar dochter Heleen zat in dezelfde klas als Annemarie. De moeder deed veel dingen met de meisjes: ze zeilden, gingen wandelen, fietsen, naar het zwembad, de ijsbaan en de bioscoop. ‘Het zouden de gelukkigste jaren van mijn jeugd worden.’
Het toeval wil dat Heleen mijn bovenbuurvrouw was in de Utrechtsestraat, een pand van Henny Portegies Zwart. Waar tal van kunstenaars kwamen zoals Rita Dalvano, violiste op het Boekenbal met haar vriend de vertaler Max. Rita was de ex van Boekenbaldecorontwerper en kunstenaar Mette Koornstra. Ook Eugènie Brands, dochter van de Cobra-schilder Eugène Brands, kwam vaak langs en werd een jeugdvriendin van mij. Aan de kamer was ik gekomen dankzij Jip Golsteijn van de Popscore-pagina, collega van Heleen op de kunstredactie van De Telegraaf. Tot diep in de nacht ontving Heleen gasten, zoals literatuurrecensent Ivan Sitniakowsky en muziekcriticus Maro Ziegler. Heleens moeder gedroeg zich als een vader en moeder voor Annemarie. Ze was lesbisch geworden, maar daar liet ze niets van merken. Later zocht Annemarie haar op, ze bleek samen te wonen met een vriendin. Maar ze deed net of het een toevallige passante was.
Schuinsmarcheren
En dan volgen de mannen die in haar leven kwamen, misschien om de leemte op te vullen van de vader die er nooit was en later met Mia trouwde, zijn tweede vrouw. Los van het schuinsmarcheren dat hij maar al te vaak deed, zoals met Yoka Berrety met wie Annemarie werkte in het programma Hadimassa. Ank van der Moer zocht haar heil bij televisieregisseur Gerard Rekers.
Los van relaties met tal van vriendjes zoals Guido van Oorschot (die later zelfmoord pleegde) en Lodewijk de Boer trouwde Annemarie voor het eerst met Bram de Swaan, een professor in de dop die alsmaar studeerde. En toen hij op de stoep stond van de Prinsengracht had hij een doosje bij zich met een ring. Hij vroeg Annemarie ten huwelijk. Toen waren ze samen negendertig. ’We hebben het uitgehouden tot ons zevenenveertigste. Veel gelachen, veel geruzied en het weer goedgemaakt. Het was mijn leukste huwelijk.’
Over de auteur
Annemarie Oster (Scheveningen, 1942) werd van jongs af omringd door de theater- en toneelwereld. Na de Toneelschool Amsterdam, begon ze haar carrière als omroepster bij de VPRO-radio. Ze verwierf al snel bekendheid door een eigen televisieprogramma, en werkte jarenlang mee aan het populaire tv-programma Hadimassa. Naast haar acteerwerk, schreef Oster onder andere in 1980 Een moeder van niks. Over de ervaringen van het moederschap. De titel is haar gesuggereerd door Simon Carmiggelt. Ook publiceerde ze de biografie Een vrouw om achterna te reizen. Over haar moeder Ank van der Moer. In haar recentere werk Mantelliefde beschrijft zij haar leven als mantelzorger voor haar derde echtgenoot Arend Jan van der Marel. Ook was ze jarenlang columnist bij de Volkskrant. In 2012 werd ze benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau voor haar bijdragen aan kunst en cultuur. Haar huidige partner is copywriter Frits Rijksbaron.
Ze was presentatrice bij de VPRO-radio en maakte haar tv-debuut, ‘gehuld in een soort ocelot’ toen er opnamen werden gemaakt in Studio Bellevue aan de Leidsekade in Amsterdam met Les Frères Jacques. Een Franse herengroep opgericht in 1944. Er kwam een nieuwe veroveraar in de vorm van Leonard Monroe, begeleider van de auteur James Baldwin. Annamerie haalt ook herinneringen op aan Godfried Bomans, ‘een opgeschoten kind dat aandacht vroeg’. Sommigen lijden er levenslang onder omdat ze een scheve verhouding hadden met hun vader. Als je als meisje aardig was voor hem, kon Godfried zijn geluk niet op. Toen Annemarie pas getrouwd was met haar tweede man John Vis en in Bentveld woonde, kwam Godfried wel eens bij ze langs. Ook die keer dat ze een feestje gaven. Voor je het wist zong Rita Reys het hoogste lied met achter de piano de trouwe echtgenoot Pim Jacobs en wat was Godfried trots dat hij de jazzdiva herkende. ‘Prachtig gezongen, mevrouw Beck…’
Kus met tong
Mannen is een heel gevarieerd boek waarin heel wat heren voorkomen. We mogen niet vergeten dat Annemarie op 1 januari 1956 al een kusje had gehad van de 24-jarige Ramses Shaffy, met tong nog wel. Annemarie was nog geen veertien jaar. Ze genoot nog maanden van die ‘opwindende nasmaak’. En dat in al die jaren met minnaars als tekenaar Peter van Straaten, uitgever Pierre Vinken en schrijver Harry Mulisch. Ze wist niet hoe snel ze zijn liefdesnest aan de Leidsekade uit moest klimmen. Wat Harry deed reageren met: ‘Je lijkt wel een kerel… ’
Ze vertelt over een ontmoeting in Zandvoort met een correspondent in Rusland die later naar Frankrijk ging en zijn hele leven eigenlijk al schrijver was. En ze schrijft over het uitstrooien van de as van de 86-jarige en vooral heel autoritaire John Vis door haar zonen. Daarna nam ze dapper de mantelzorg voor haar rekening van haar derde man, een jongen met echte krullen, advocaat Arend Jan van der Marel. Wat ze later beschreef in haar boek Mantelliefde.
Een prins
Nu deelt ze het leven met copywriter Frits Rijksbaron, ‘een prins op een racefiets of in een oude Citroën. Twee jaar jonger dan zij.’ Hij is de andere helft van het stel. ’Wat ben ik tegenwoordig blij dat ik een vrouw ben.’
Kees de Bakker
Annemarie Oster – Mannen, 239 pagina’s, ISBN 978 90 896 836 8 Meulenhoff, € 22,99, augustus 2025